Geraldina en Matt
Geraldina en Matt Bertus Dijkstra

Ouwesylsters genieten van
'The taste of Tasmania' (1)

Bertus Dijkstra

Hoe alles begon

Begin 2012 besloot onze Geraldina te gaan backpacken: er kwam na drie tijdelijke contracten als camera-journalist een einde aan haar baan bij de VARA. Oké, we waren er als ouders niet blij mee, maar ze liet ons geruststellend weten dat ze een ‘halfjaar’ wilde backpacken om vervolgens weer neer te strijken op het Bildt. U raadt het al, het liep anders. Op Tasmanië bleek het levensonderhoud duurder dan de portemonnee kon 'handlen'. De toen 25-jarige jongedame was genoodzaakt een baantje te zoeken en maakte daardoor contacten op het eiland. Ze genoot ondertussen van de ongereptheid die ze op het eiland op haar netvlies kreeg. Ze hopte van baantje naar baantje en inhaleerde Tasmanië in al haar facetten. Al na enkele maanden was het duidelijk: Tasmanië was voor haar ‘the place to be, and the place to stay’. Toen ze zeven maanden later Matt Wright tegen het lijf liep, was het voor ons duidelijk: Deze geboren Bildtse heeft haar zinnen op een leven in Tasmanië gezet. Om in Australië een vaste verblijfsvergunning te krijgen, moet je een lange weg bewandelen en aan allerlei regels en voorwaarden voldoen. En dan nog! Uiteindelijk ziet Geraldina haar inzet, vier jaar later, beloond met een permanente verblijfsvergunning.

De reis

Zondag 11 december stappen we voor de derde keer in het vliegtuig om de reis naar Tasmanië te maken. Nu is vliegen een belevenis op zich, je voelt je enerzijds vrij als een vogel, terwijl je anderzijds weet dat je (in ons geval) ruim een etmaal opgesloten zit in te smalle stoelen met voor mij te weinig beenruimte. De seatbelt is voor mij overbodig, ik zit sowieso met mijn knieën klem tegen de stoel voor me. Met een aangenaam vooruitzicht stappen mijn vrouw en ik ‘s morgens om 10.35 uur op Schiphol goedgemutst aan boord bij Singapore Airlines en kiezen we het luchtruim. Een koude vlucht, zo wordt duidelijk! De eerste etappe van 11.000 km zitten de meeste passagiers tot aan hun nek verscholen onder de bruine dekentjes om op temperatuur te blijven. Daarentegen ontbreekt het ons, zoals we gewend zijn van Singapore Airlines, aan niets. De iele vriendelijke stewards en stewardessen manoeuvreren zich gedurende de flight constant met gevulde trolleys door de smalle gangpaden, én verwennen de passagiers met eten en drinken. We wanen ons in een Flying Restaurant.

Tussen de hapjes en drankjes door kijken veel passagiers naar films of luisteren naar hun favoriete muziek. Na 13 uur vliegen landen we (net niet onderkoeld, haha) veilig op Changi Airport in Singapore. We kunnen even de koude, stijve benen strekken en opwarmen, voordat we twee uurtjes later opnieuw moeten boarden.
Gelukkig, nu staat de verwarming niet op ‘vriesstand' en is het dekentje niet echt noodzaak. Na weer 7 uren boven het wolkendek is Melbourne de laatste tussenstop. Dat de ‘bordercontrol' in Australië streng is, weten we van de tv maar al te goed. Omdat we de nodige lekkernijen (waaronder enkele blokken Old Amsterdam kaas) in de koffer hebben meegebracht, worden we toch wat nerveus. Wordt ons nog voordat we Geraldina ontmoeten, en ondanks dat we alles eerlijk op het ‘to declare' formulier hebben ingevuld, toch nog een halt toegeroepen? Gelukkig, we mogen door naar de gate voor de laatste ‘slechts' 1,5 uur durende vlucht naar Hobart. Een daar wachtende Australische mevrouw is er niet gerust op dat de vlucht naar Hobart diezelfde avond de lucht in gaat.

Woning Geraldina en Matt
Bijzondere wolk
Gele stip: thuisbasis. Rode stippen: plaatsen die we bezochten.