Uitgeteld op de achterbank
Uitgeteld op de achterbank

Baas en hond

We waren net begonnen aan deze nieuwe serie en toen overleed onze hond Misty, acht maanden nadat haar maatje Figo stierf. We hebben het gevoel pas verder te kunnen met andere honden als we de onze hier een eerbetoon hebben gegeven.

Eerst was er Misty, mijn hond en daarom werd ze altijd in het Fries aangesproken. Later ook door Ingrid en omdat Figo de hond van Ingrid was deden we de gesprekken met hem logischerwijs in het Nederlands. Toen mijn zoon en ik Misty als pup gingen bezichtigen spraken we af er daarna eerst rustig over na te denken, maar twee uur later zaten we thuis met een te leuke pup op schoot. Mijn naaste medewerkers waren er mee akkoord gegaan dat hun nieuwe collega een hond zou zijn en zo werd ze een bekende verschijning in het zorgcentrum. Ze was een trouwe hond en had een grote beschermingsdrang; voor ons en voor veel mensen die haar duidelijk dierbaar waren. Dat beschermende kon ze ook fysiek uiten en daarom was het uiteindelijk beter dat ze overdag bij Ingrid bleef die inmiddels ook het baasje van Figo was geworden en vooral om hem naar het Bildt was verhuisd. Op zich kon Misty zich prima op andere manieren uiten. Zo kon ze overtuigend, verbaasd, droevig, boos, zielig en vragend kijken. We denken zelfs dat ze kon lachen. 

Ingrid kreeg Figo door de ‘hondenfokmevrouw’ toegewezen omdat het zo’n rustige pup was. Het zou anders lopen. Bij alles wat Figo deed was hij uit enthousiasme nauwelijks te stoppen. Dat werd al duidelijk bij de puppycursus. Hij bleek niet echt goed in het op zijn beurt wachten. Nog nooit een hond gekend die zo goed en zo onophoudelijk kon zwemmen als Figo. Misty keek dan toe want snapte niet hoe ze moest zwemmen. Er gingen veel tennisballen doorheen maar Figo vond er ook veel van andere honden. Bij de buurmeisjes was hij gepromoveerd tot het buurjongetje die bij alle spelletjes mee mocht doen en dat deed hij met zoveel overtuiging dat je de grens tussen mens en dier bijna zag vervagen. De foto’s van hem spreken voor zich; een vacht vol met zand, ijspegels aan zijn kop, springend en rollend. Maar hij kon ook in alle rust heel aanhankelijk naast je liggen en je met loensende ogen intens aankijken. 

Uiteindelijk werden onze honden in al hun verscheidenheid ook een mooi koppel. Op de achterbank van de auto gingen ze vele en soms lange ritten mee. Zodra de omgeving op een bos begon te lijken werden ze hoorbaar opgewonden. Bij het strand stoven ze de duinen af en banjerden ze langs de vloedlijn. En altijd eindigden ze uitgeteld, boven op elkaar, op de achterbank. 

Figo was nog maar zes jaar toen hij overleed. We waren erg verdrietig. Misty stierf, onwennig van Figo, onlangs toen ze net elf was. Een mooie leeftijd maar moeilijk was het wel. Het lieve kaartje dat we kregen met de tekst van Winnie the Pooh vat alles samen: “How lucky I am to have something that makes saying goodbye so hard.” 


Een bijdrage van Evert Fokkema (tekst) en Ingrid van Ek (foto) van PaiOngo Beeld en Woord