Douwe Dijkstra thuis in Drachten
Douwe Dijkstra thuis in Drachten

Groeten uit Drachten: deel 1

Marten Kuik

“Ik bin één fan Annes Frouky.” 

Douwe Dijkstra zit in zijn comfortabele appartement aan het Raadhuisplein in Drachten meteen op zijn praatstoel. “Wij waren thús machtig as mîgen.” Ik ben geboren op het Zandpad achter de Van Harenskerk en wij barstten bijna uit de voegen van dat arbeidershuisje. Toen ik zeven jaar was, verhuisden we naar de Van Harensweg (nu Van Burmaniastraat; mk). Daar was ruimte zat, en op de grote zolder was plek voor iedereen om te slapen. Mijn vader was eerst stoker bij de gasfabriek en kwam later o.a. ‘als tontsyleger’ in dienst van de gemeente het Bildt. “En ôns mim? Die het altyd húsfrou weest. Dat waar norig ok, met seuven kines.”
Tine ging het huis uit om te werken in Noord-Holland. Betty werkte tot haar trouwen in café Theun van der Veen. Piet werkte eerst als arbeider bij boer Dankert, maar kreeg later een baan als schoonmaker in het Diaconessenhuis in Leeuwarden. Freerk was een tijdje in dienst van Jan ‘rietdekker’ Dijkstra, maar kwam later ook terecht in dat ziekenhuis, en wel op de beddencentrale. Gerrit gebruikte - na twaalf ambachten en dertien ongelukken - uiteindelijk zijn tekentalent als plateelschilder bij Tigchelaar in Makkum. Dokter Klein had ontdekt, hoe mooi hij kon tekenen en stimuleerde hem in die richting. En dan de jongste, ôns Geert, hij is zijn hele werkzame leven in dienst geweest van De Boer stalinrichtingen.
Piet, Freerk en Gerrit blonken uit in gymnastiek. Bij Jaap Keizer vertoonden zij hun lenigheid en spierkracht bij de ‘reuzenzwaai’ aan de rekstok. Ook klonk er voortdurend muziek in ons huis: Betty speelde mooi op haar mandoline en zingen deden we allemaal. En toen de drumband Interzezzo werd opgericht, waren we er als de kippen bij om lid te worden. “Ja, mooie herinneringen aan die tijd!”

School 
Ik ging naar de Slotschool, de christelijke lagere school in Sint-Annaparochie. Na de eerste klas met juffrouw Plet, gingen we over naar meester Van der Wal. Bij hem heb ik jaren in de klas gezeten. Tussendoor heb ik ook nog een paar maanden les gehad van meester Woudman. Wat wil nu het geval? Daar aan de Van Harensweg woonden we onder een kap met Marten Kuik, klasgenoot en jeugdkameraad. Hij hield ook van zingen. Ik leerde hem een paar cowboyliedjes en onze stemmen pasten wonderwel bijelkaar: hij een hoge jongenssopraan en ik een alt. In de derde klas verhuisde onze school naar een nieuwe locatie, aan de Steven Huygenstraat. In die school was een ruime hal, waar het prachtig klonk. Meester Woudman had van zijn eerste salaris een bandrecorder gekocht en vroeg ons of wij zin hadden om een paar liedjes op te nemen in die ‘Halschool'. Wij vonden dat prachtig, natuurlijk. Dus: ‘Jimmy, een cowboy van de prairie’, en ‘Hill Bill Billy’ werden toen ‘vereeuwigd’. Wat een stimulans, zo’n meester. In die tijd had je op school één keer per jaar ‘openbare les’. De moeders van de leerlingen zaten dan een middag achter in de klas en mochten een paar lessen meemaken. Meester Van der Wal kon behoorlijk zenuwachtig zijn, ‘maar wij skeurden ‘m d’r met ôns fersys deurhine’. Toen is ook de naam ‘Douma’s’ ontstaan, uit Douwe en Marten.

Kaatsen

Op de lagere school kaatsen we haast elke dag: op straat, op het schoolplein of in de De Waaie. De onderwijzers Piet van der Wal en Gerben Woudman waren de grote animators. Mijn vader was ook een tijdje 'perklêger'. Wij waren lid van de christelijke kaatsvereniging 'Drie spul is út'. In het felst van de strijd werd er wel eens gevloekt. Daar hield mijn vader niet van. Hij introduceerde een nieuwe spelregel: Bij vloeken twee punten eraf!

Hitman
Jij ging naar de mulo, ik naar de ambachtschool. Onze wegen scheidden zich, maar we bleven buurjongens en we bleven samen zingen. Als bij Kooi de bloembollen ‘binnen’ waren, was er feest. En wie traden er dan op? De Douma’s. Als de bouwvakkers van het CNV een jaarvergadering hadden, klommen wij het podium op en zongen vol overgave: ‘Hé Hé Hallo Mary Lou’. Op een avond stond de Stannebuurtster goochelaar Piet Hitman bij ons op de stoep. Hij trad overal op in de provincie. Hij zei: “Jongens, mijn programma bestaat uit twee onderdelen. Voor de pauze doe ik een aantal trucs en na de pauze een paar andere. In de pauze moet ik achter de gordijnen mijn attributen voor na de pauze klaarzetten. Willen jullie tijdens die onderbreking vóór de gordijnen optreden?” U mag ons antwoord raden… Eén van die optredens vond plaats bij een geheelonthoudersvereniging in Heerenveen. Daar verdienden we ook ons eerste ‘salaris’: een ontbijtkoek, die was overgebleven van de verloting. Laat in de avond gingen we mee naar het huis van Akke Ratsma, die daar ook had opgetreden. Akke en Piet gaven ons kostbare aanwijzingen voor volgende optredens.

In 1962 traden we op in het openluchttheater in Appelscha. ‘Wij zijn twee eenzame cowboys’. Nog zonder gitaar. We zakten als een baksteen. Wat voelden wij ons eenzaam in dat grote theater. En toen kreeg jij dat ongeluk in de speeltuin. Een familieschommel tegen je keel. Dramatisch! Ik dacht dat je nooit meer zou zingen… Maar je herstelde. We kregen de baard in de keel en pakten de draad weer op.
Toen Aldert Cuperus trouwde met Minke zorgden wij tijdens hun bruifloft voor de muziek. Zes korte optredens voor f 25 en gratis drinken. Het waren gouden tijden. Op het brommertje erheen, de gitaar onder de arm. Vele optredens volgden. “Daar kon ik mooi steunzolen van kopen.”

Teenagershows
In de jaren zestig waren teenagershows razend populair. De eerste keer dat wij als de Douma’s meededen – dat was in Surhuisterveen – wonnen we meteen de tweede prijs. Drie weken later wonnen we opnieuw een tweede prijs, nu in Ferwert. In Grootegast stond ik toch wel wat zenuwachtig mijn gitaar te stemmen voor we het podium opmoesten. Een gitarist van The Latches uit Leeuwarden vroeg me of hij mij moest helpen met stemmen. Graag natuurlijk! Wonnen wij de tweede prijs en zij alleen maar een eervolle vermelding. Ôns Piet zei toen tegen mij: “Als jullie een eerste prijs winnen, dan krijg je van mij een nieuwe gitaar.” Die eerste prijs kwam er en de gitaar ook. Nu hangt het instrument - een beetje weemoedig - aan een haakje in onze slaapkamer.

Voortgezet onderwijs
Na de lagere school ging ik naar de lts, richting metaal. Op de fiets naar Leeuwarden, voor een opleiding die de basis vormde voor mijn latere carrière. Op mijn vijftiende kwam ik terecht op de mts, maar na een jaar stapte ik over naar de zeevaartschool in Harlingen. Ik wilde scheepwerktuigbouwkundige worden en daarna naar zee.
Op die zeevaartschool zat ook Dirk Reitsma uit Sint-Anne. Dirk was gek op de Stones en kende heel veel liedjes van de Londenaren uit het hoofd. Eén keer per jaar hadden we groot feest in ‘het Hemeltje' in Harlingen. Dan werden er meisjes van de hbs uitgenodigd en dansten we op muziek gespeeld door ‘The Fabulous Beats' uit Leeuwarden. Prachtige avonden.

Afbeelding
Afbeelding